Pleidooi voor arbeidsimmersietrajecten - 13 juni 2024

De essentie

Arbeidsimmersietrajecten bieden een oplossing om mensen met een verre afstand tot de arbeidsmarkt perspectief te bieden voor een volwaardige participatie aan de samenleving, en (re) integratie op de arbeidsmarkt. We roepen de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) in Brussel op om de diverse partners en beleidsniveaus aan tafel te brengen om deze arbeidsimmersietrajecten, die zich op het raakvlak bevinden van werk, opleiding en welzijn, te realiseren, en deze beleidsdoelstelling op te nemen in de te verwachten Beleidsverklaring 2024-2029 van het College van de VGC.

 

Wat is arbeidsimmersie ?

Arbeidsimmersie heeft als doelstelling werkzoekenden met een verre afstand tot de arbeidsmarkt, en voor wie de klassieke socio-professionele beroepsinschakeling ontoereikend is, te (re)activeren. Het gaat hier om mensen voor wie de stap naar de beschermde en de betaalde arbeidsmarkt momenteel een te hoge drempel vormt, en voor wie ook GLOW (Groeien en Leren op de Werkvloer) niet realistisch is. Meer specifiek gaat het over een CMPPS-publiek (mensen met cognitieve, medische, psychische, psychiatrische of sociale problematiek). Het gaat om een brede doelgroep, maar daarnaast merken wij ook dat deze doelgroep laaggeschoold en al wat ouder is, en vaak met een migratieachtergrond. Door middel van een intensieve en holistische begeleiding, gekoppeld aan een arbeidsmatige activiteit in een reële werkomgeving, kan die drempel worden verlaagd.

 

Knelpunten

Er zijn verschillende hinderpalen op weg naar een succesvolle immersie binnen het Brussels hoofdstedelijk gewest :

 

  1. Wettelijk en structureel kader: 

 

° Er bestaat geen wettelijk kader voor arbeidsimmersietrajecten in het Brussels Gewest. In Vlaanderen bestaat het Werk- en Zorgdecreet voor een CMPPS-publiek, dit aanbod biedt ondersteuning aan werkzoekenden op het vlak van werk én op het vlak van zorg teneinde maatschappelijke participatie te stimuleren en  eventuele (maar niet noodzakelijke) doorstroom naar betaalde arbeid. 

 

° Het bestaande Vlaamse kader ‘arbeidszorg’ is gedeeltelijk toegankelijk voor Brusselse werkzoekenden, maar het aantal plaatsen arbeidsmatige activiteiten in de sociale economie (AMA WSE) is té beperkt in Brussel. Bovendien zijn deze trajecten helaas enkel toegankelijk voor personen met een werkloosheidsuitkering (RVA), in tegenstelling tot in Vlaanderen.

 

° Het aantal erkende organisaties voor een traject arbeidsmatige activiteiten in het kader van het gezondheids- en welzijnsbeleid blijft vooralsnog beperkt. Bovendien voorziet deze maatregel, net zoals in Vlaanderen, te weinig financiering om mensen voldoende te kunnen ondersteunen (verlieslatend). 

 

  1. Drempels naar betaalde tewerkstelling: 

 

° Het uitdoven van de VOP-premie (Vlaamse Ondersteuningspremie), waar in het tweede kwartaal van 2021 nog 28 Brusselaars recht op hadden, is een ander knelpunt. De Brusselse regering is wel op zoek zijn naar een nieuwe premie ter vervanging van de VOP-premie, er komt vanaf 1 januari 2025 een nieuwe gewestelijke premie voor alle Brusselse werkzoekenden met een handicap, ongeacht de moedertaal. Deze premie vormt een belangrijke en een noodzakelijke stap naar doorstroming naar de betaalde arbeidsmarkt maar biedt geen ondersteuning voor wie (nog) geen stappen kan zetten naar betaalde arbeid, zijnde het doelpubliek van arbeidsimmersietrajecten. 

 

° het nieuwe Vlaamse decreet Individueel Maatwerk (waarvoor ook Brusselaars worden uitgesloten) voorziet voor werkgevers een begeleidingspremie en een loonpremie, maar Brusselse werkgevers die een Vlaming tewerkstellen (zoals bijvoorbeeld TWI in Sint-Lambrechts-Woluwe, vooral gericht op collectief maatwerk) hebben geen recht op een begeleidingspremie. Hopelijk biedt de toekomstige gewestelijke ondersteuningspremie voor personen met een handicap hier ook oplossingen.

 

  1. Sociale economie ontoereikend:

 

° In principe kunnen Brusselaars ook aan de slag via Collectief Maatwerk bij een maatwerkbedrijf in de Vlaamse rand. In de praktijk omvat het soms een omslachtige procedure om een “ticket maatwerk” te bekomen. Bovendien wordt men geconfronteerd met hindernissen op het vlak van mobiliteit naar de Vlaamse rand. Maar bovenal is de opstap naar maatwerk binnen de sociale economie veelal nog een te hoge drempel voor het CMPPS-publiek. 

 

° Sociale inschakelingsondernemingen voor moeilijk bemiddelbare werkzoekenden zijn een gewestelijke bevoegdheid, terwijl de beschutte werkplaatsen voor personen met een arbeidshandicap een bevoegdheid is van de gemeenschappen.

 

Wet- en regelgeving

Wetswijzigingen dringen zich op om arbeidsimmersietrajecten te kunnen realiseren. Hetzij via wijzigingen in  het besluit van de Brusselse regering van 16 mei 2019 betreffende de inschakeling in de sociale economie en via de ordonnantie van 23 juli 2018 betreffende de erkenning en ondersteuning van sociale ondernemingen indien men arbeidsimmersietraject wenst in te bedden in de sociale economie. Hetzij via de ordonnantie van 23 juni 2017 betreffende de tewerkstellingssteun indien men (ook) een kader wil voorzien voor arbeidsimmersietrajecten binnen de reguliere arbeidssector. Of, ten slotte, via de ordonnantie van 10 maart 2016 betreffende de stages voor werkzoekenden, en het vrijwilligersstatuut. Mogelijke andere pistes voor de inbedding en het uitwerken van een kader voor arbeidsimmersietrajecten zijn uiteraard ook mogelijk. 

 

Arbeidsimmersietrajecten

BANSPA pleit voor het opzetten en toegankelijk maken van een arbeidsimmersietraject  voor zowel mensen met een werkloosheidsuitkering (RVA), mensen met een inkomensvervangende tegemoetkoming voor personen met een handicap (FOD Sociale Zekerheid), mensen met een leefloon (OCMW), als mensen die een ziekte- of invaliditeitsuitkering (RIZIV) ontvangen. Een dergelijke traject van gemiddeld 2 jaren bevat een luik arbeidsimmersie, en een luik individuele holistische begeleiding. Op deze wijze bieden deze trajecten zowel ondersteuning op het vlak van arbeid, als op het vlak van zorg, teneinde maatschappelijke participatie te bevorderen.  

 

De deelnemers werken in een arbeidsomgeving met een productielijn of een dienstverlening (idealiter wordt dit mogelijk gemaakt zowel in de reguliere als in de sociale economie), waar ze onbezoldigde taken uitvoeren (weliswaar met focus op doorstroming naar betaalde arbeid, of het volgen van een erkende opleiding) onder begeleiding van een instructeur (coach). Het werk is vrijwillig maar heeft een niet-vrijblijvend karakter. 

 

Naast het opzetten en het toegankelijk maken van arbeidsimmersietrajecten, pleit BANSPA ook voor het streven naar een duurzame visie op, en de opzet van, een structureel kader met een betere afstemming over diverse beleidsdomeinen (Werk en Welzijn) voor de ondersteuning van het CMPPS-publiek in Brussel. 


Om af te sluiten

Arbeidsimmersietrajecten werken competentieversterkend voor het doelpubliek. Door de koppen bij elkaar te steken kunnen de talrijke stakeholders (waaronder Actiris, de Vlaamse Gemeenschap, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en Brulocalis) een formule mogelijk maken die een inclusievere Brusselse arbeidsmarkt mogelijk maakt. 

Advies Levenslang Leren - 13 juni 2024

De eisen die de evolutie van maatschappij en werk vooropstelt, vergen een voortdurend bijwerken van kennis en vaardigheden om het ritme van verandering te kunnen bijbenen. Levenslang leren is nu een noodzaak voor organisaties en voor individuen. De vereisten van duurzaam beleid, de snelle transformatie in de wereld van werk, de ontwikkelingen in digitale technologieën, de demografische veranderingen en andere factoren maken flexibiliteit noodzakelijk. Ook in het privéleven is bijscholen nodig. In dit advies gaat BANSPA in op een aantal factoren die bijdragen tot een cultuur van levenslang leren bij organisaties en individuen.

Advies Interregionale arbeidsmobiliteit - 13 juni 2024

Interregionale arbeidsmobiliteit, waarbij in de eerste plaats gedacht wordt aan het aansporen van Brusselse werkzoekenden om ook te gaan werken in de rand rond Brussel, is in. 

Wat is de stand van zaken ? Wat zijn de hindernissen ? Wat beveelt BANSPA aan ter verbetering van de situatie ? Een overzicht.

Nota BANSPA - Instroom werkzoekenden in de Nederlandstalige SPI-sector in het BHG - Aanbevelingen Partners - 12 maart 2024

De instroom in het Nederlandstalige SPI-aanbod in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (BHG) voor opleidingen en hulp aan werkzoekenden kent een duidelijk dalende trend bij de organisaties die deel uitmaken van deze sector. Ook de perceptie en de plaats van het Nederlands als taal in het BHG verandert.
Dit document gaat in op de visie van het Brusselse SPI-werkveld met betrekking tot de dalende instroom van werkzoekenden, de status van het Nederlands in Brussel, de redenen waarom mensen kiezen voor de Nederlandse taal en de problematiek en bevindingen van organisaties in de Brusselse SPI-sector die dagelijks bezig zijn met ondersteuning en opleiding in het kader van het Nederlands. Dit advies brengt, met ondersteuning van de BANSPA die zich hierachter schaart, de aanbevelingen vanuit de Brusselse SPI-sector naar voren met de bedoeling te informeren en te mobiliseren naar het creëren of versterken van maatregelen om de instroom opnieuw te verhogen en bestaande maatregelen te (her)activeren of er te creëren.

Advies Personeelstekort in de kinderopvang in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest - 3 oktober 2023

De sector van de kinderopvang in Brussel wordt, en dit zowel aan Nederlandstalige als aan Franstalige kant, geconfronteerd met twee grote uitdagingen : een gebrek aan opvangplaatsen, en een schrijnend personeelstekort.

Sedert 2021 behoort het beroep van kinderbegeleider officieel tot de lijst van knelpuntberoepen. BANSPA schetst in dit advies de situatie inzake het personeelstekort, en formuleert een aantal adviezen om aan het probleem te verhelpen.

Advies Leerjobs - Voorontwerp Besluit Vlaamse Regering regeling d.d. 28.04.2023 - 6 juni 2023

Op 28 april 2023 keurde de Vlaamse regering een voorontwerp van besluit goed tot regeling van de leerjobs. De leerjob is een beroepskwalificerend EVC-traject (Erkenning van Verworven Competenties) waarin competenties voornamelijk worden verworven in een onderneming als werkplekcomponent, en aanvullend in een onderwijs- of opleidingsinstelling als lescomponent, en waarbij de verworven competenties worden geëvalueerd en gevalideerd via EVC. Het gaat hier over een proefproject gefinancierd door het Europees Sociaal Fonds (ESF, 60%), en gecofinancierd door de Vlaamse Overheid (40%), en wordt ten laatste tegen 31 december 2025 tussentijds geëvalueerd, en geëvalueerd tegen ten laatste 31 december 2027.

BANSPA stelt enkele potentiële verbeterpunten voor om deze regeling bij te schaven. 

 

Advies Inburgering in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (BHG) - 21 maart 2023

Sedert 1 juni 2022 is een inburgeringstraject voor nieuwkomers in Brussel verplicht. Hoe verloopt dat, en wat kan beter?

BANSPA vat de huidige situatie samen en formuleert een zestal adviezen.

Advies Kadaster Nederlandstalig beroeps-kwalificerend aanbod Onderwijs & Opleiding - 4 oktober 2022

In 2021-22 actualiseerde BANSPA het Kadaster van het Nederlandstalig beroepskwalificerend aanbod Onderwijs-Opleiding in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor de jaren 2016-2020. Dit biedt een overzicht van de evoluties in aantallen deelnemers per studierichting en opleiding, beroepsdomein of sector, en de verhoudingen ten opzichte van een aantal demografische factoren.  Dit legt ook de link tussen het Nederlandstalig aanbod en de wereld van de opleidingen en de behoeften van de arbeidsmarkt en de werkgevers.

Met dit advies wil BANSPA aan de bevoegde beleids- en opleidingsinstanties een aantal aanbevelingen voorstellen vanuit de analyse van de evoluties in het Nederlandstalig beroepskwalificerend onderwijs- en opleidingsaanbod in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Advies Drempels duaal leren - 1 juni 2021

In het Brussels Gewest bestaan een aantal hinderpalen om over te gaan tot een duaal leerproject. BANSPA somt ze op en formuleert adviezen om de situatie te verbeteren.

Advies Strategie Kwalificatie voor Werk - 1 juni 2021

De regering van het Brussels Gewest bereidt samen met de sociale partners een Strategie inzake Kwalificatie voor Werk (SKW) uit, ter navolging van het Opleidingsplan 2020. In dit advies formuleert BANSPA een aantal voorstellen om tot een performante nieuwe strategie te komen.

Advies Samenwerkingsakkoord Vlaanderen-Brussel afstemming arbeidsmarktbeleid - 5 oktober 2020

Advies vanuit BANSPA bij het ontwerp van het Samenwerkingsakkoord tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Vlaamse Gewest en de Vlaamse Gemeenschap om het arbeidsmarktbeleid, de opleiding, vorming en de bevordering van de mobiliteit van werkzoekenden op elkaar af te stemmen

De Brusselse en Vlaamse regering zijn het in de zomer 2020 eens geraakt over een nieuw ontwerp van Samenwerkingsakkoord Vlaanderen-Brussel. BANSPA is van mening dat het voorontwerp Samenwerkingsakkoord 2020 veel positieve elementen bevat. Daarnaast pleit BANSPA voor: 

  • een betere afstemming van de informaticasystemen van Actiris en VDAB om een optimale gegevensuitwisseling tussen de twee arbeidsbemiddelingsdiensten te bekomen;
  • een akkoord tussen de gewesten en gemeenschappen m.b.t. de organisatie en erkenning van het betaald educatief verlof;
  • het belang van de betrokkenheid van de Brusselse Jobhuizen bij de ontwikkeling van een geïntegreerde en betere dienstverlening naar werkgevers en werkzoekenden toe;
  • meer aandacht voor alle vormen van openbaar vervoer en overleg tussen deze modaliteiten, met inbegrip van toegankelijke collectieve vervoersmogelijkheden, ook na de ‘gewone’ werkuren;
  • het vermelden van de verdeelsleutel 80/20, gehanteerd voor de financiering van de Missions Locales pour l’Emploi en de Werkwinkels, in het Samenwerkingsakkoord;
  • het opnemen van het principe van de klaverbladfinanciering bij sociale economieprojecten in het Samenwerkingsakkoord 2020;
  • het opnemen van een gemeenschappelijk doelgroepenbeleid tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en het Vlaams Gewest;
  • het toegankelijk maken van de maatregelen in het kader van het Vlaamse maatwerkdecreet en de tijdelijke werkervaring voor Brusselse werkzoekenden;
  • het ondersteunen van de strategie “Scholing en Werk” (Strategie GO4Brussels 2030) door beide regeringen;
  • het opnemen van de rol van de socio-professionele inschakelingsorganisaties (SPI).

Aandachtspunten inzake het Betaald Educatief Verlof (BEV) in Vlaanderen en Brussel - 29 september 2020

Aandachtspunten vanuit BANSPA inzake het Betaald Educatief Verlof (BEV) in Vlaanderen en Brussel

Vanuit de geplande hervorming van het betaald educatief verlof verzocht het kabinet van Vlaams minister voor Onderwijs en de Vlaamse Rand Ben Weyts BANSPA om een advies te formuleren over deze hervorming. Deze adviesaanvraag focust op de mogelijke impact van deze hervorming op de Vlaamse Gemeenschap. BANSPA heeft vanuit deze adviesvraag een nota opgesteld die duidt op een aantal mogelijke knelpunten ten gevolgen van de verschillen in regelgeving tussen de gewesten. De nota roept dan ook op tot afstemming tussen gewesten en gemeenschappen en richt zich dus tot de Vlaamse en Brusselse Regering.

In deze nota haalt BANSPA een aantal potentiële discussie- of knelpunten aan inzake de afstemming tussen de Brusselse regelgeving en de regelgeving in de andere gewesten: 

  • Gewesten zijn niet verplicht om gelijkaardige criteria voor opleidingen te hanteren. Dit kan leiden tot problemen aangezien er geen automatische wederzijdse erkenning meer is van opleidingen tussen de gewesten.
  • De gewestelijke politieke instanties moeten ook beslissen over een mogelijke uitbreiding van het BEV naar afstandsonderwijs en opleidingen in het hoger onderwijs overdag.
  • Een verschillende regelgeving (Vlaams Opleidingsverlof (VOV) in Vlaanderen, BEV in Brussel en Wallonië) kan ook een impact hebben op werknemers die tijdens een schooljaar van werk veranderen naar een ander gewest, doordat de rechten en de regels verschillend zijn.

Advies Klaverbladfinanciering bij Brusselse sociale-economieprojecten - 12 mei 2020

Advies van BANSPA inzake klaverbladfinanciering bij Brusselse sociale-economieprojecten 

Klaverbladfinanciering is de optelsom van verschillende overheden die financiering voorzien. Zo krijgen Brusselse organisaties in de sociale economie die werken met gemeenschaps-doelgroepwerknemers financiering vanuit de verschillende gewesten en gemeenschappen. Met de Brusselse ordonnantie met betrekking tot de erkenning en ondersteuning van sociale ondernemingen (2018) zouden sociale ondernemingen niet meer in aanmerking komen voor een mandatering in het geval dat ze gebruik maken van klaverbladfinanciering. 

In dit advies geeft BANSPA aan voorstander te zijn van het behoud van klaverbladfinanciering die de werking van het Brusselse tewerkstellingsbeleid versterkt. BANSPA richt zich daarvoor tot de Brusselse Regering en vraagt daarnaast ook verduidelijking over de maatregelen die het Brussels gewest zal ondernemen om de goede werking van organisaties met klaverbladfinanciering te garanderen. Daarnaast benadrukt BANSPA het belang dat er vanuit de betrokken organisaties voldoende transparantie is in de herkomst van hun financiële middelen, zodat dubbelfinanciering gecontroleerd kan worden.

Advies Vlaamse doelgroepwerknemers in Brusselse sociale ondernemingen - 12 mei 2020

Advies van BANSPA inzake Vlaamse doelgroepwerknemers in Brusselse sociale ondernemingen

Volgens artikel 2, 3° van de Brusselse ordonnantie op de tewerkstellingssteun (2017) zouden dat er voor Vlaamse doelgroepwerknemers tewerkgesteld in Brussel geen financiering wordt vrijgemaakt voor het begeleidend personeel, dat mogelijks wel in het BHG woont. Dit zou zowel problemen opleveren voor de betrokken Brussels organisaties als de Vlaamse doelgroepwerknemers zelf. Enerzijds hebben Brusselse bedrijven nood aan medewerkers die het Nederlands machtig zijn. Anderzijds wordt deze specifieke doelgroep met beperkte inschakelingskansen uitgesloten van een kans om zich te begeven op de arbeidsmarkt.

In dit advies ondersteunt BANSPA de oplossing van de Brusselse regering om een ruime interpretatie te hanteren inzake de tewerkstelling van doelgroepwerknemers met domicilie in het Vlaams gewest in Brusselse sociale ondernemingen, en de financiering die daaraan gekoppeld is. BANSPA acht het belangrijk dat deze oplossing duidelijk wordt gecommuniceerd met het betrokken werkveld (OCMW’s, tewerkstellingsorganisaties, …). BANSPA pleit er verder voor om in het samenwerkingsakkoord Vlaanderen-Brussel afspraken te maken om de interregionale mobiliteit van doelgroepwerknemers te verzekeren. Deze afspraken moeten garanderen dat het vrij verkeer van personen tussen de gewesten gewaarborgd blijft voor deze kwetsbare doelgroep. Beide overheden houden zo de inschakelingskansen van doelgroepwerknemers zo ruim mogelijk.

Advies Nederlandstalige luik kwalificatie-tewerkstelling binnen Strategie 2030 - 26 november 2019

Initiatiefadvies van BANSPA inzake het opstellen van het Nederlandstalig luik kwalificatie-tewerkstelling binnen Strategie 2030 

Het Plan Opleiding 2020 kaderde in de Strategie 2025 voor Brussel, die “zal worden verlengd tot 2030 om sturing te geven aan een gekruist beleid inzake werkgelegenheid en beroepsopleiding voor het specifieke vraagstuk van de kwalificaties”. In het kader van die vernieuwde strategie pleiten wij ervoor om ook een Plan Opleiding 2025 (werktitel) te ontwikkelen, dat ditmaal een volwaardig luik over de Nederlandstalige opleidingen bevat.  

Met dit initiatiefadvies wil de BANSPA alvast enkele aandachtspunten formuleren voor Brussels minister van Werk Bernard Clerfayt en Brussels minister-president Rudi Vervoort. Wij bepleiten een sterk en kwalitatief Nederlandstalig luik bij dit Opleidingsplan voor Brussel en richten dit schrijven daarom ook aan de Vlaamse minister van Werk Hilde Crevits, Vlaamse minister van Brussel Benjamin Dalle, Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts en VGC-collegelid van Onderwijs Sven Gatz. 

Advies Ondersteuning voor arbeidshandicap - 19 maart 2019

Advies van Banspa over ondersteuning voor werkgevers bij tewerkstelling van personen met arbeidshandicap in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

De Vlaamse ondersteuningspremie (VOP) is een compensatie aan werkgevers voor de eventuele extra kosten of lagere productiviteit die de arbeidshandicap (mentaal of fysiek) van de werknemer met zich meebrengt. Sinds 1 januari 2019 kunnen inwoners van het Brussels Hoofdstedelijke Gewest (BHG) geen aanspraak meer maken op de premie. Dat heeft grote gevolgen: de incentive voor werkgevers om een Nederlandstalige Brusselaar met een handicap aan te nemen wordt veel minder groot en er ontstaat een concurrentieel nadeel ten opzichte van Vlamingen en Franstalige Brusselaars.

In dit advies vraagt Banspa aan de Vlaamse Regering om de VOP opnieuw open te stellen voor Nederlandstalige Brusselaars. Een andere optie is dat de Brusselse Regering, samen met de Vlaamse Regering en de COCOF, een verbeterde versie van activa.brussels voor verminderde arbeidsgeschiktheid uitwerkt, in een samenwerking van gewest en gemeenschap.

Advies Arbeidszorg - 19 maart 2019

Advies van Banspa inzake arbeidszorg in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

In dit advies pleit Banspa voor betere ondersteuning voor een zwakkere doelgroep op de arbeidsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: Brusselaars met medische, mentale, psychische, psychiatrische en/of sociale (MMPPS) problemen. Wij stellen vast dat zij door institutionele complexiteit en verschuivende bevoegdheden broodnodige ondersteuning, in de vorm van arbeidszorgstatuten, mislopen. In dit advies formuleren we voorstellen om de Brusselaars wel de nodige ondersteuning te bieden en roepen we op tot overleg tussen de regionale overheidsinstanties.

Advies Gemeenschapsbevoegdheid Werk Brussel - 17 juli 2018

Advies met voorstellen vanuit Banspa d.d. 17 ju li 2018 betreffende aanwending budgettaire middelen vanuit het Vlaams kabinet werk in de gemeenschapsbevoegdheid van het beleidsdomein werk in het Brussels hoofdstedelijk gewest.

Onderstaande voorstellen werden verzameld bij de BANSPA-leden: 

  •  Sterker inzetten op (taal-)opleiding en werkervaring. 
  •  Bevorderen van digitale competenties.
  •  Faciliteren van de metropolitane arbeidsmarkt.
  •  Sensibiliserings- en promotiecampagnes naar werkzoekenden toe. 
  •  Promotie en ondersteuning van het duaal leren in Brussel. 
  •  Aanklampend werken. 
  •  Initiatieven om genderstereotypen van beroepen te doorbreken. 
  •  Monitoring en informatie- en data-uitwisseling. 
  •  Elders Verworven Competenties. 
  •  Geïntegreerde projecten. 

 

Advies Premies alternerend leren - 30 januari 2018

Advies vanuit Banspa d.d. 30 januari 2018 betreffende het Voorontwerp van besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende premies ter bevordering van de alternerende opleiding. Eerste lezing

Banspa is tevreden dat de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, in het kader van alternerende opleidingen voor jongeren, een vereenvoudigde premie voorziet voor alle erkende Brusselse ondernemingen, ongeacht de taal van de onderwijsinstelling die de alternerende opleiding inricht. Dit effent de weg voor een uniforme aanpak en meer samenwerking tussen de gewesten en gemeenschappen in het belang van alle Brusselaars.

Anderzijds hoopt Banspa dat de Brusselse Hoofdstedelijke Regering bijkomende maatregelen neemt om ondernemingen ook aan te moedigen om in dit kader van alternerend leren ook het duaal leren bekend te maken en te promoten om aldus jongeren ruimer kansen te bieden te leren op de werkplek en vlotter toegang te krijgen tot de Brusselse arbeidsmarkt, privé en openbaar.

Advies Samenwerkingsakkoord - 30 januari 2018

Aandachtspunten vanuit BANSPA voor het nieuwe samenwerkingsakkoord tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Vlaams Gewest en de Vlaamse Gemeenschap betreffende de afstemming van het arbeidsmarktbeleid, opleiding, vorming en de bevordering van de mobiliteit van werkzoekenden.

De BANSPA wilt naar aanleiding van deze herziening een aantal aandachtspunten en aanbevelingen voorleggen die rekening houden met deze evoluties. Enerzijds betreft het verwijzing naar de BANSPA en zijn werkzaamheden zelf in dit akkoord, anderzijds een aantal thema’s die, volgens de BANSPA, belangrijk zijn om in dit samenwerkingsakkoord te vermelden teneinde verdere opvolging te verzekeren.

Belangrijke thema's in het Samenwerkingsakkoord: 

  •  Structurele toeleiding vanuit Actiris naar Nederlandstalige trajecten naar tewerkstelling. 
  •  Uitbreiding van het doelgebied van de Vlaamse randgemeenten. 
  •  Vlaamse en Brusselse maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling. 
  •  Maatwerkdecreet en tijdelijke werkervaring. 
  •  Erkenning van de socio-professionele inschakelingspartners in de implementatie van samenwerkingsinitiatieven. 
  •  Brusselse jobhuizen. 
  •  Lokale werkwinkels in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
  •  Kennis Nederlands als structureel trajectonderdeel naar werk. 
  •  'Uniek dossier' voor de Brusselse werkzoekenden. 
  •  Beroepenreferentiecentra en Polen Opleiding-Werkgelegenheid. 
  •  Uitwisseling vacatures. 
  •  Coherentie bevorderen i.k.v. de Europese subsidiemaatregelen. 
  •  Validering van competenties

 

Advies Soortgelijk Gewicht-PSOP VDAB Brussel - 24 april 2017

Advies BANSPA Soortgelijk Gewicht PSOP VDAB Brussel.

In dit document verleent de BANSPA advies over het soortelijk gewicht dat VDAB Brussel bepaalde. Dit soortelijk gewicht dient om de verdeling van de opleidingsbudgetten per sector voor de uitbestedingen te bepalen. 

Erkenning buitenlandse diploma's - 5 november 2024

Situering

Erkenning van buitenlandse diploma’s (EBD) is één van de belangrijke factoren om meer Brusselaars aan een job te kunnen helpen. Hoe gebeurt de EBD in Brussel en België ? Wat zijn daarbij de hinderpalen ? Welke oplossingen bestaan er ?

 

Inleiding

De erkenning van buitenlandse diploma’s is een gemeenschapsbevoegdheid. In de Vlaamse Gemeenschap (Vlaams Gewest + Nederlandstalig Brussel) is NARIC-Vlaanderen[1] daarvoor verantwoordelijk, in de Franse Gemeenschap (= Waals Gewest + Franstalig Brussel, ook wel Fédération Wallonie-Bruxelles -FWB- genoemd) zijn er twee organisaties bevoegd, namelijk de Service des équivalences pour l’enseignement secondaire (link) voor diploma’s secundair onderwijs, en de Service des équivalences pour l’enseignement supérieur (link) voor diploma’s hoger onderwijs. Instance Bassin pleit er voor om deze twee diensten te fusioneren.

 

Goed om weten

  1. Een erkenning kan nodig zijn om in aanmerking te komen voor een job bij de overheid, of om met een niet-Europees diploma een gereglementeerd beroep uit te oefenen (arts, verpleegkundige, tandarts, architect, leraar,…), maar is ook soms een plus in de privésector (kunnen solliciteren voor een job waarvoor men een bepaald studieniveau vraagt, en verloond worden op die schaal). Naast de specifieke erkenning (meestal voor diploma’s van buiten de EER – Europese Economische Ruimte) zijn er professionele erkenningen (voor EER-diploma’s) nodig om een gereglementeerd beroep te mogen uitoefenen. Daar zijn specifieke beroepserkenningsinstanties voor verantwoordelijk (voor de erkenning van een lerarendiploma is dat bijvoorbeeld Agodi).
     
  2. Wie een studiebewijs uit de EER heeft, of drie jaar werkervaring heeft in een land van de EER en zijn diploma daar heeft laten erkennen, kan rechtstreeks een aanvraag voor professionele erkenning indienen bij de beroepserkenningsinstantie. De versoepeling van de vestigingswetgeving in Brussel en Vlaanderen speelt in het voordeel van de aanvragers. Voor niet-gereglementeerde beroepen is de erkenning van een buitenlands diploma niet verplicht, en zou het volgens HR-professionals ook geen meerwaarde opleveren, stelt de SERV. De FOD Economie is verantwoordelijk voor de nationale coördinatie van de Europese richtlijn betreffende de erkenning van beroepskwalificaties.
     
  3. Een erkenning kan rechtstreeks bij NARIC-Vlaanderen aangevraagd worden door de betrokken persoon, maar de persoon kan ook beroep doen op een intermediaire organisatie. In Brussel zijn dat in de eerste plaats het Nederlandstalige Bon, (Agentschap voor Integratie en Inburgering), en het Franstalige CIRE (Centre d’Initiation pour Réfugiés et Etrangers), maar sommigen doen ook beroep op het OCMW, VDAB, Werkwinkels of de Leerwinkel). VDAB Brussel verwijst door naar Bon. Bon beschikt over een aantal medewerkers voor deze taak. Een persoon kan aanvragen indienen voor verschillende diploma’s, daarom is het aantal dossiers niet hetzelfde als het aantal aanvragers. Bij Bon kan men onder meer terecht in het Nederlands, Frans, Engels, Spaans, Italiaans, Portugees en Arabisch. In 2022 werd 83% van de aanvragen ingediend via een begeleider. Bon biedt ondersteuning bij procedures in beide gemeenschappen, en niet enkel bij NARIC-Vlaanderen.
     
  4. Het wettelijk kader voor de erkenning van studiebewijzen door NARIC-Vlaanderen is gebaseerd op de Lissabon Erkenningsconventie, het Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de voorwaarden en de procedure tot de erkenning van buitenlandse studiebewijzen uitgereikt in het hoger onderwijs van 14 juni 2013, en het Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de voorwaarden en procedure tot de erkenning van de gelijkwaardigheid van buitenlandse studiebewijzen met Vlaamse studiebewijzen uitgereikt in het basisonderwijs en secundair onderwijs, en sommige Vlaamse studiebewijzen uitgereikt in het volwassenenonderwijs van 14 juni 2013.
     
  5. Bij een niveau-erkenning wordt onderzocht of het niveau van het diploma erkend kan worden, bij een specifieke erkenning (ook wel academische erkenning genoemd) wordt het niveau, en de specifieke inhoud van de opleiding onderzocht. In de Franse Gemeenschap hebben 70% van de aanvragen voor erkenning diploma’s hoger onderwijs betrekking op niveau-erkenningen.
     
  6. Een positieve beslissing betekent niet altijd dat de aanvrager een gelijkwaardigheid krijgt met het Vlaamse studiebewijs of niveau waarop de aanvrager gehoopt had. Zo wordt een buitenlands masterdiploma gelijkgesteld met een Vlaams bachelorsdiploma indien er geen thesis werd geschreven.  Als de aanvrager niet akkoord gaat met de getroffen beslissing, dan zijn er diverse beroepsmogelijkheden : in eerste instantie kan de aanvrager een herziening indienen (gebeurt onder meer indien er documenten ontbreken).
     
  7. België, Nederland en Luxemburg (de Benelux) erkennen het niveau van elkaars diploma’s hoger onderwijs automatisch. Het diploma moet wel uitgereikt worden door een erkende instelling. Instance Bassin zou graag Frankrijk aan deze lijst toevoegen (ongeveer de helft van de buitenlandse studenten in de FWB heeft de Franse nationaliteit).  De SERV denkt onder meer aan het toevoegen van de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen. Ondertussen is er ook automatische wederzijdse erkenning met Estland, Letland en Litouwen (de Baltische staten). Portugal erkent automatisch buitenlandse Europese diploma’s.[2]
     
  8. NARIC-Vlaanderen is verantwoordelijk voor de specifieke erkenning die toeleidt naar de arbeidsmarkt. Om verder te studeren (bv. master) contacteer je rechtstreeks de universiteit (NL of FR). Die zal beslissen of je toegang hebt tot de opleiding op basis van je diploma. Indien dat niet het geval is, kan de universiteit alsnog een erkenning van NARIC-Vlaanderen of de FWB vragen. Om te starten met een bachelor heb je voor de Nederlandstalige universiteiten geen erkenning van je diploma secundaire onderwijs nodig (tenzij expliciet gevraagd), maar aan Fanstalige kant moet je altijd je diploma secundair onderwijs laten erkennen.
     
  9. In Vlaanderen kostte een onderzoek naar de erkenning van het niveau 90 euro in 2022, een specifieke erkenning 180 euro, en de erkenning van een doctoraat 300 euro. Een aantal maatschappelijk kwetsbare doelgroepen zijn vrijgesteld van betaling, onder meer asielzoekers en vluchtelingen, inburgeraars, werkzoekenden, en mensen die een leefloon of verhoogde tegemoetkomingen ontvangen (in 2022 was 70% van de aanvragers vrijgesteld van betaling). 

 

Vlaamse data

Het jongste jaarverslag van NARIC-Vlaanderen[3] meldt dat de organisatie in 2022 een 6.457-tal aanvragen ontving voor de erkenning van een buitenlands diploma, 734 meer dan in 2021. Er werden 3.283 niveau-erkenningen en 1.181 specifieke erkenningen verwerkt. Er werden 4.361 diploma’s erkend, waarvan 611 diploma’s van vluchtelingen. 

De top 5 van landen van oorsprong van het buitenlands diploma bestond uit Oekraïne, Marokko, Turkije, Libanon en het Verenigd Koninkrijk (dit laatste land wegens de Brexit). Beduidend meer vrouwen dan mannen dienden een aanvraag in, en de gemiddelde leeftijd van de aanvragers was 35 jaar. 14% van de aanvragers had het statuut van asielzoeker. 

11,5% van alle aanvragen werd behandeld binnen een termijn van 10 dagen, 37% binnen een termijn van 30 dagen, 54% binnen een termijn van 60 dagen, 76% van alle vragen voor niveau-erkenning werden behandeld binnen een termijn van 60 dagen. Bij de specifieke erkenningsprocedures bestond de top 3 van de studiegebieden hoger onderwijs uit geneeskunde, handelswetenschappen en bedrijfskunde, en onderwijs. Bij het secundair onderwijs was dat algemene personenzorg, specifieke personenzorg, gezondheidszorg. 

Op 14 februari 2023 werd een e-loket voor aanvragers gelanceerd dat toelaat de aanvraag voor erkenning volledig digitaal te laten verlopen (in toepassing van een Europese verordening). Een e-loket voor intermediairs bestaat al langer. 

 

Brusselse data

Enkele cijfers gepubliceerd door Instance Bassin in mei 2023 :

43,5% van de niet-werkende werkzoekenden die in maart 2023 bij Actiris waren ingeschreven, behoorde tot de categorie ‘buitenlanders zonder erkenning’, dus iedereen die in het buitenland heeft gestudeerd maar nog geen enkele erkenning van het diploma kreeg. Het gaat hier over ongeveer 38.300 mensen waarvan 13.600 over de Belgische nationaliteit beschikt, 9.000 over een Europese nationaliteit, en 15.700 over een niet-Europese nationaliteit.

Bij de niet-werkende werkzoekenden die in maart 2023 bij Actiris waren ingeschreven, had 62,8% van de buitenlanders met een Europese nationaliteit een diploma dat niet erkend is; 80,9% van de buitenlanders met een niet-Europese nationaliteit een diploma dat niet erkend is.

37,2% van de werkzoekenden die in 2022 ingeschreven waren bij een centrum van Bruxelles Formation, had een buitenlands diploma dat niet erkend werd in België (2,0% basisonderwijs, 13,7% secundair onderwijs, 13,1% hoger onderwijs en 8,4% met onbekend studieniveau). 55,2% van de werkzoekenden die in 2022 ingeschreven waren voor een opleiding bij een partner van Bruxelles Formation (OISP-organismes d’insertion socio-professionnelle, Enseignement de Promotion sociale, Formation des personnes handicapées), had een buitenlands diploma dat niet erkend werd in België (10,4% basisonderwijs, 31,6% secundair onderwijs, 9,7% hoger onderwijs en 3,5% met onbekend studieniveau)[4].

Bon en CIRE organiseren regelmatig infosessies in het Beroepenpunt, en ook online.[5] Ze organiseren ook sensibiliseringssessies en opleidingen voor tewerkstellingsconsulenten van Actiris, en medewerkers uit de SPI-sector (socioprofessionele inschakeling). 

Actiris, Bon en CIRE hebben samen de drietalige (NL/FR/ENG) website https://mijndiploma.be gecreëerd.

 

De SERV & Instance Bassin

Op 2 maart 2020 publiceerde de SERV een advies “Een efficiënte en toegankelijke erkenning van buitenlandse studiebewijzen”[6], en in mei 2023 publiceerde Instance Bassin een “Analytische nota Diploma-erkenning”[7]. Het advies van de SERV wordt in de tweede helft van 2024 geactualiseerd.

In haar advies pleitte de SERV onder meer voor :

 

 

In de nota van Instance Bassin wordt aandacht gevraagd voor onder meer :

  • de digitalisering van de procedures : maak niet alles digitaal, want papieren opsturen kan nu vaak niet meer (maar wel nog voor de erkenning van een diploma secundair onderwijs bij de Fédération Wallonie-Bruxelles);
     
  • versoepel de regels voor de aanvaarding van bepaalde documenten, en aanvaard alternatieve bewijzen.

 

Bon, de Werkwinkels & de Leerwinkel

Uit gesprekken met Bon, de Brusselse Werkwinkels & Leerwinkel komen voornamelijk de volgende pijnpunten naar voor :

  • de procedure voor de erkenning van een buitenlands diploma neemt veel tijd in beslag (dossiers komen eerst op een wachtlijst bij Naric-Vlaanderen alvorens ze behandeld kunnen worden; het dossier moet compleet zijn alvorens de wachttijd begint);
     
  • de volledige procedure kan duur uitvallen (bijvoorbeeld omdat er ook kosten kunnen bijkomen voor de beëdigde vertaling van officiële documenten);
     
  • veel diploma’s kunnen niet gelijkgeschakeld worden (een masterdiploma uit het buitenland is niet zelden equivalent met een bachelordiploma in de Vlaamse of Franse Gemeenschap);

 

Advies BANSPA

Om de procedures sneller en efficiënte te doen verlopen (fast track) pleit BANSPA voor :

  • een akkoord tussen de Vlaamse en Franse Gemeenschap voor de automatische wederzijdse erkenning van diploma’s;
     
  • meer automatische erkenningen met Europese en andere landen;
     
  • het respecteren van wettelijke maximumtermijnen voor het afhandelen van de procedure;
     
  • opnieuw realiseren van een online databank met eerdere uitkomsten van erkenningsvragen (precedentendatabank);
     
  • meer flexibiliteit aan de dag leggen met betrekking tot de studiebewijslast; 
     
  • één loket voor alles wat te maken heeft met diploma-erkenning, professionele erkenning, eerder verworven competenties (EVC) en eerder verworven kwalificaties;
     
  • nazorg aanbieden : mogelijkheden na de erkenning beter duiden, tekorten detecteren, perspectief bieden aan de klant is essentieel.
     
  • we sluiten ons aan bij de vraag van Instance Bassin om de Service des équivalences pour l’enseignement secondaire, en de Service des équivalences pour l’enseignement supérieur, te fuseren. 


 

[1] NARIC, dat staat voor National Academic Recognition Information Centre, maakt deel uit van het internationale ENIC-NARIC network.

[2] Zie ook The Triangle of Automatic Recognition, Guidelines, fort he application of de facto automatic recognition, link

[3] Jaarverslag Naric-Vlaanderen 2022, link

[4] Voor meer Brusselse info verwijzen we onder meer naar de analyse ‘Unleashing talent in Brussels’ (2023) van de OECD, link, en view.stat voor wat betreft statistieken over studieniveaus.

[5] Men kan zich inschrijven via Agenda - Mon Diplome Mijndiploma

[6] SERV advies, link

[7] Nota Instance Bassin, link